Column: Maak van de Bouw een Olympische sport!

Moet je altijd met angst voor van alles door het leven? Peter vindt van niet. Dit is zijn pleidooi voor wat meer durf in de bouw. Ook als die nogal roekeloos is. 

Jarenlang hadden de vier bobsleeërs getraind. Met succes: tijdens de Olympische Winterspelen van 2010 behoorden ze tot de favorieten. Maar toen… was het sprookje opeens afgelopen. Vlak voor de eerste race trok stuurman Edwin van Calker zich terug. Het parcours was te gevaarlijk, vond hij. Diezelfde week was er een deelnemer omgekomen tijdens de training.

Voor de drie overige bobsleeërs kwam die afmelding als een koude douche. Een nieuwe stuurman, die haal je niet zomaar bij het uitzendbureau vandaan. Het avontuur was plotsklaps voorbij. Er restte niets anders dan een advertentie te zetten waarin werd gevraagd om nieuwe bobsleeërs, die niet alleen snel en sterk waren, maar ook lef hadden. Want alle commentatoren waren het erover eens: dat lef, daar had het Van Calker aan ontbroken.

Hijskraan

Ik moest hieraan denken toen ik op Twitter op een foto stuitte waarop te zien was dat een bouwvakker in Amsterdam op een betonplaat stond, die door een collega omhoog was gehesen. De man was weliswaar aangelijnd, maar heel veilig was de situatie natuurlijk niet.

Gebrek aan lef? Dat niet bepaald. De commentaren waren op social media behoorlijk verontwaardigd: ‘Levensgevaarlijk en onacceptabel’. De hoogste baas van de mannen, directeur Daan van der Vorm van VORM Bouw, ging op Twitter door het stof. Hij zei dat hij zich ervoor schaamde. ‘Roekeloos, waaghalzerij, om moedeloos van te worden.’

Cultuurverschil

Bobsleeërs en bouwmedewerkers – ze krijgen wel vaker te maken met verschillende criteria. Zo raakte een van Van Calkers collega’s tijdens een wedstrijd eens betrokken bij een zwaar ongeluk. De littekens op zijn schouder zijn tot op de dag van vandaag zichtbaar, maar toch waren zijn begeleiders onverbiddelijk: ‘Weer naar beneden. Nu! Meteen! Het is belangrijk om je angst meteen te overwinnen.'

De chef van de bouwmedewerkers reageerde heel anders. Hij ging met de mannen in gesprek, en van dat gesprek - zo bleek uit een later verstuurd persbericht over deze kwestie - zijn die drie mannen in kwestie enorm geschrokken. Plotseling realiseerden ze zich hoe gevaarlijk de situatie voor hen was geweest. Niks angst overwinnen dus. Bibberende knieën kregen ze, met terugwerkende kracht.

Topsport

De moraal? Veel lezers zullen denken aan een banenruil. Sluis alle bange bobsleeërs door naar de bouw, en laat stuntende bouwvakkers solliciteren op de bovengenoemde bobsleeënadvertentie. Maar toch… dat is wat slap. Hier ligt een veel grotere kans. Werken in de bouw – dat is topsport, toch? Dus houd eens op met die medewerkers te behandelen als… medewerkers. Zie hen liever als potentiële medaillewinnaars.

Want er is iets dat me aan de zaak intrigeerde. Het Cobouw-persbericht sprak van twee bouwvakkers op de betonplaat boven in de lucht, maar ik zag er zelf maar één. Wat was hier aan de hand? Was de man in beeld degene met lef? Keek hij de tijger in de bek, is hij het avontuur aangegaan? En stond zijn collega nog bibberend beneden, de Van Calker van het hijskraandansen?

High diving

Misschien is er een andere mogelijkheid. Ken je de door Red Bull gesponsorde discipline waarbij mannen van grote hoogte naar beneden springen? Een test van moed, zeggen de deelnemers zelf, maar ook een logische carrièrestap. ‘Het is eerst 3 meter, dan 10 meter en dan ga je vanzelf verlangen naar iets hogers: 27 meter.'

Dat zou een aanwijzing kunnen zijn in het mysterie van de ontbrekende bouwvakker. De man beneden, dat is de échte held. Hij had zijn Red Bull al op en hij had de leap of faith volbracht (hoogstens was hij vergeten dat zijn collega-high divers in een zwembad duiken, en niet op een betonnen bouwplaats). En de man in beeld, dat is nou typisch zo'n atleet waar sportcommentatoren zich zo boos over maken. Wel de exposure zoeken, maar dan op het kritieke moment toch afhaken.

Keiharde coach

Daarom een advies aan huiverige hijskraandansers en dubbende dry divers: jullie kunnen het niet alleen. Kiki Bertens heeft Raemon Sluiter, Ajax heeft Erik ten Hag. Wil je als Bouw ooit Olympisch worden, huur dan een keiharde bobsleecoach in. Niks geen veiligheidsvoorlichting, niks geen empathische gesprekken. ‘Naar boven!’ Of… ‘Naar beneden!’ Hoe dan ook: ‘Nu! Meteen!’
Openingsbeeld: Pexels
 

LEES OOK de eerdere columns van peter: Column: Vijf sterren voor Dirk, de servicemonteurColumn Peter: is slechter werken door de vele afleidingen slechts een mythe?Column: Miljardenschade door de Capslocktoets